vrijdag 18 juli 2008

Gemiste kans

Het Paleis heeft dan toch de knoop doorgehakt: Karl-Heinz Lambertz (PS), Raymond Langendries (CDH) en François-Xavier de Donnea (MR) worden als ‘bemiddelaars’ het veld ingestuurd.
Nochtans is het vanzelfsprekend dat je voor een bemiddeling eigenlijk maar 1 persoon nodig hebt. Dat dit kleine landje maar liefst 3 mensen nodig inschakelt, heeft dan ook niets te maken met een onderhandelingsstrategie of overtuiging. Het is gewoon het gevolg van interne partijspelletjes langs Franstalige kant. Zo is het volgens De Standaard verlopen:

“Het was een komen en gaan van ideëen. (De spelling van 'ideëen' is uiteraard fout, maar ik citaar enkele latterlijk uit De Standaard;))
Het Paleis dacht gisteren in eerste instantie aan Karl-Heinz Lambertz (PS), de minzame minister-president van de Duitstalige Gemeenschap. Dat was niet meteen naar de zin van CD&V en Open VLD. Die hadden een staatshervorming beloofd tegen 15 juli. Een bemiddelaar met minzaamheid maar zonder politiek gewicht twee maanden rondjes laten lopen om een 'menu' voor de staatshervorming op te stellen, wekte geen vertrouwen. 'Zelfs Mieke Vogels (Groen!) kon met zo'n scenario niet leven', stelde een Vlaams kopstuk.

Daarna schoof koning Albert een oude getrouwe naar voren: EU-commissaris Louis Michel (MR), een man met gewicht. Maar MR-voorzitter Didier Reynders kon niet toestaan dat Michel zo zijn Belgische comeback zou maken.

Dan ging het Paleis maar in op de Vlaamse suggestie een 'confederaal duo' - de Vlaamse en Waalse ministers-presidenten Kris Peeters (CD&V) en Rudy Demotte (PS) uit te sturen.
Maar in ruil voor die 'Vlaamse overwinning', formuleerden de Franstalige partijen - vooral de PS - een pak tegeneisen. PS-voorzitter Di Rupo kelderde het voorstel. Hij kampt met een wankel voorzitterschap, terwijl Demotte de rijzende ster is. Een te grote rol kon de PS-voorzitter zijn interne rivaal niet gunnen.

'Dat ze het dan zelf doen', was de Vlaamse reactie op de veto's van Reynders en Di Rupo. Joëlle Milquet, CDH-voorzitster, zag de bui hangen: zij zou fijngemalen worden door de twee anderen; ze eiste drie bemiddelaars: zijzelf erbij.

Dat werd lachwekkend: drie Franstalige partijvoorzitters-bemiddelaars die moeten bemiddelen tussen zichzelf en twee Vlaamse partijvoorzitters. Toen dook het scenario op met Lambertz, Langendries en de Donnea. En dat werd het dan.”

Het komt er dus op neer dat het eerste scenario werd afgeschoten door de Vlamingen, waarna de Franstaligen de volgende 2 scenario’s hebben verworpen en het laatste voorstel hebben uitgehold tot wat het nu is. Dat Lambertz (PS) als bemiddelaar door de Vlamingen als te mager werd bevonden, valt nog te begrijpen. Die heeft eigenlijk niet zoveel voeling met de federale politiek, en is langs deze kant van de taalgrens een nobele onbekende. Bij de publieke opinie zou dit slecht kunnen overkomen, en dus was dat scenario te riskant. ‘Perception is reality’.

Het ideale scenario is dan ook eentje dat is afgeschoten. Louis Michel was voor de publieke opinie een goede zaak geweest. U denkt nu: Heu? Louis Michel?
Terecht waarschijnlijk, maar geef me toch een momentje om het even uit te leggen.

Zowat overal in België is er sprake van pessimisme, de mensen verliezen hun vertrouwen in de politici. Ze snappen maar niet waarom het nu al meer dan een jaar duurt, en nog steeds is er geen akkoord. Gevolg: er is iemand nodig die redelijk populair is en een zeker vertrouwen uitstraalt. De mensen moeten een nieuwe situatie te zien krijgen, zodat ze terug vertrouwen krijgen in een mogelijk oplossing. Het gaat uiteraard om een overgangsfiguur, en vooral de uitstraling naar buiten toe is van belang. Wederom draait het in deze fase vooral om de perceptie, om niet te zeggen dat het de komende 2 weken eigenlijk enkel en alleen rond perceptie zal draaien.
Dit in het achterhoofd houdende ziet het verlanglijstje voor de ideale bemiddelaar er volgens mij als volgt uit:
1) Een Franstalige, want tot nu toe heeft vooral de CD&V haar nek uitgestoken. Nog maar is een Vlaming het veld insturen zou gewoon belachelijk zijn.
2) Liefst iemand van de MR, want VLD-MR is de grootste politieke familie, en na CD&V weegt MR-FDF toch het zwaarste op de onderhandelingen.
3) Iemand die langs beide kanten van de taalgrens goed overkomt. Een bekende figuur dus, die al een duidelijk imago heeft. Terug wat vertrouwen geven is immers de kern van de boodschap.
4) Iemand die nog niet actief is betrokken bij de onderhandelingen, het moet echt overkomen als een ‘nieuwe situatie’.

De onderhandelaars weten dit zelf ook wel, en dus heeft de Koning Louis Michel (MR) naar voren geschoven. Hij is immers de persoon die het beste aan het lijstje beantwoord. Dit was echter compleet buiten Didier Reynders gerekend, die in Michel senior een bedreiging zag/ziet voor zijn machtspositie. Door frustrerende partijspelletjes zijn de onderhandelingen al meer als eens vastgelopen, en toch blijft men zich met opzet keer op keer aan dezelfde steen stoten.
Het uiteindelijke compromis, een trio ‘bemiddelaars’, is dan ook geen goede oplossing (daarover meer in een volgende post).
Het was duidelijk het enige haalbare, maar daarmee kunnen we na meer dan 400 dagen crisis toch geen genoegen nemen?
Verdienen de Vlamingen dan echt niet meer dan een zoveelste compromis dat met haken en ogen ineen hangt, veroorzaakt door een dom machtsspelletje?

Geen opmerkingen: