woensdag 25 juni 2008

Hoe het nog kan: de Franstaligen

Het vorige tekstje ging over de uitwerking die nog gevolgd kan worden indien men 15 juli wil behouden als deadline. Dat is uiteraard maar 1 aspect, om tot een akkoord te komen spelen nog een pak andere factoren mee.
Een ander, zeer belangrijk punt is de houding van de ‘groepen’ onderhandelaars. En dan bedoel ik vooral de Franstalige groep, aangezien daar toch het grootste verzet is tegen een staatshervorming. Om niet te zeggen dat het eigenlijk de enige groep is die zich tegen een hervorming van de Belgische structuur blijft kanten.
Nochtans is men erin geslaagd de ideale situatie te creëren aan Franstalige kant, toch als het gaat over een staatshervorming. Alle Franstalige partijen die meetellen in Wallonië zitten mee aan de onderhandelingstafel. Dat maakt het extra moeilijk om tot een compromis te komen, maar als er uiteindelijk een akkoord uit de bus komt wordt de last wel gedragen door alle Franstalige partijen.
Zeer simpel voorgesteld zou je de mogelijke houdingen van de Franstaligen kunnen indelen in 3 categorieën:

1) Ze willen zelfs niet beginnen aan een akkoord, en waar ze wel aan beginnen wordt even later al terug afgeschoten, al dan niet publiek.
2) Men slaagt erin de Franstaligen mee in het bad te trekken en men nadert een compromis. Op dat moment doorbreekt 1 van de Franstalige partijen de stilte in de media en gaat zich plots (publiek) distantiëren van de andere partijen. Dit is uiteraard puur uit electoraal belang. Daardoor stort alles in, aangezien de logica van "samen uit, samen thuis" niet meer opgaat.
3) Het blijkt uiteindelijk toch mogelijk een volledig akkoord rond te krijgen zonder dat 1 van de Franstalige partijen dit in laatste instantie afschiet uit electoraal belang.

De eerste houding hebben we ondertussen al zeer dikwijls kunnen aanschouwen, maar het ziet ernaar uit dat het er nu anders aan toe gaat. Het zal er nu om spannen of men direct naar houding 3 overgaat. ‘Kiest’ men uiteindelijk toch voor houding 2, dan komt er volgens mij quasi onvermijdelijk een overgangsregering of iets dergelijk. Misschien/hopelijk zijn die gevolgen van houding 2 te zwaar om te dragen voor de Franstaligen, waardoor ze schrik krijgen van dat scenario en toch voor houding 3 opteren. Maar misschien is die redenering wel te rationeel…
Deze indeling in 3 houding gaat uiteraard enkel op voor de Franstalige partijen, aan Vlaamse kant werken immers niet alle partijen mee aan de onderhandelingen. Wat daar volgens mij de mogelijke houdingen zijn zal in een volgende post worden besproken.

Geen opmerkingen: